De komende decennia gaat de woningmarkt kantelen. De eengezinswoning raakt uit. En met name de hoeveelheid (zorg)woningen voor alleenstaanden zal sterk moeten toenemen. Ook zullen allerlei verschillende woonvormen voor ouderen hun intrede doen.
“Dit is niet alleen het gevolg van demografische ontwikkelingen en het feit dat we langer leven, maar ook dat ouderen in hun laatste levensfase steeds meer zorg nodig hebben. Velen willen dan ook nog eens zelfstandig blijven wonen. Of met een paar vrienden en vriendinnen die voor elkaar zorgen en het samen gezellig hebben”, aldus prof. Jan Latten, bijzonder hoogleraar sociale demografie en voorheen hoofddemograaf bij het Centraal Bureau voor de Statistiek.
Prof. dr. J. Latten
Vanwege het grote succes van de eerste filemeeting van Connect Invest gaf Latten opnieuw én met veel elan een presentatie voor relaties van Connect Invest (vastgoedbeleggingen) in Breukelen. De grote demografische verschuivingen en de woon- en zorgbehoeften van met name de ouderen werden ook in de boeiende discussie nadien uitvoerig besproken. De bijeenkomst stond onder leiding van Tom Berkhout, hoogleraar Real Estate aan de Universiteit Nyenrode en hoofd van het Vastgoedkenniscentrum van de Belastingdienst.
Een derde van 50-plussers gaat scheiden
In 1950 was de kans dat een 65-jarige 90 werd circa 10%. Vandaag de dag is dat bijna 35%. “We hebben dus veel meer kans dan voorheen lang te leven en daarmee een langduriger woonbehoefte. Dit betekent statistisch gezien ook een langduriger zorgbehoefte. We kwakkelen gewoonweg langer als we steeds ouder worden. Daarbij komt dat het aantal echtscheidingen van 50-plussers ook sterk toeneemt. Jaarlijks gaat inmiddels bijna circa een derde van deze populatie scheiden. En dat gaat hard. In het jaar 2000 scheidden nog ‘slechts’ circa 200.000 van de 50-plussers. In 2018 waren dat er al meer dan 900.000. Een ruime verviervoudiging.
Die gaan vervolgens allemaal hun derde levensfase in. En deze mensen zoeken hun eigen woon- en samenlevingsvorm, waarbij er duidelijke trends zijn. Zo is de buurt waar men woont belangrijk voor de sociale binding, waardoor het geluksgevoel stijgt. Buren van hetzelfde sociale niveau worden, ook naarmate men ouder wordt, steeds belangrijker. Dit geldt voor alle lagen van de bevolking. Mannen gaan statistisch eerder dood, terwijl hoger opgeleiden weer beter in staat zijn een noodzakelijk netwerk te onderhouden. En vaak wonen zij in de stad”, aldus Latten.
Voor elk individu weer andere behoefte
In de discussie kwam ook duidelijk naar voren dat gezondheid niet de enige reden is om te verhuizen. Meer gezelligheid en voorzieningen en de mogelijkheid deze met elkaar te delen, waardoor men zich meer kan veroorloven, kunnen ook belangrijke verhuisredenen voor ouderen zijn. Mobiliteit, dus de aanwezigheid van openbaar vervoer, is ook een belangrijke voorziening. Dat ouderen massaal naar het platteland zouden gaan, omdat het daar goedkoper is, was volgens de aanwezigen een fabeltje. Er is voor elke doelgroep weer een markt, maar er zijn voor ouderen natuurlijk minder voorzieningen of sociale activiteiten op het platteland. Wel meer ruimte en natuur.
Verhuizen geeft wel weer de mogelijkheid vermogen vrij te spelen en daarmee geld te hebben voor sociale contacten, meer zorg en veiligheid. Per individu zal de behoefte daaraan natuurlijk weer erg verschillen, waardoor een breed scala aan een nieuw soort (zorg)woningen gewenst is. In ieder geval geen standaardconcept. Daarbij gelden aloude motto’s, zoals ‘gemak dient de mens’ en ‘gedeelde vreugd is dubbele vreugd’. En ‘last but not least’; eenzaamheid onder mannen is groter dan onder vrouwen, dus heren wees zuinig op uw partner.